©Eike Michler
In de rubriek De Schepping schrijven journalisten zelf over de totstandkoming van hun werk. Deze editie auteur Huib Veldhuijsen over zijn zoektocht waarom drie particuliere persbureaus zich lieten inpakken door de dagbladdirecteuren: Ik werd nieuwsgierig naar de waarheid die angstvallig in de luwte werd gehouden.’
Op 11 december is het negentig jaar geleden dat het ANP werd opgericht. Ik stuitte op het onfortuinlijke lot van Jan Belinfante (1902-1942). De journalist die het ANP zou leiden. Een betonnen buste die ik van mijn moeder erfde, bracht mij tot de zolder van de befaamde journalist Johan J. Belinfante. Mede-eigenaar van het decennia-oude correspondentiebureau Belinfante & Vas Dias. Niet te verwarren met Vaz Dias van de radionieuwsdiensten. Dat dagbladdirecteuren drie dominante persbureaus wilden samensmeden tot één nationaal persbureau leek een nobele gedachte: Ik wilde weten waarom Belinfante & Vas Dias, Vaz Dias en ‘Indisch’ persmagnaat Dominique Berretty, zich dat zouden laten overkomen. Op de Belinfante-zolder lagen onthullende notulen. Enkele dagen na de oprichting van het ANP sprak Belinfante de wens uit dat zijn bureau, ondanks de vijandelijke aanval van het ANP, tot lengte van jaren zou mogen doorbloeien. Vaz Dias kwam met een miljoenenclaim en Berretty verkocht zijn Aneta nog liever aan de nazi’s. Berretty verongelukte een week na de oprichting onder verdachte omstandigheden. Het feitenrelaas, vol tegenstellingen, is een mooi gegeven in een beroepsgroep waar waarheidsvinding de ethische norm zou moeten zijn.
Ik ontmoette de zoon van ANP-oprichter Herman van de Pol. Bij zijnouders werd ‘Het Koninkrijk’ van Loe de Jong, die ik er als feit op had nageslagen, angstig verstopt. De Jong maakte Van de Pol verdacht. Hij had’ immers, direct nadat de Duitsers het ANP overnamen, alle Joodse journalisten ontslagen. De bronnen die de werkelijke toedracht onderbouwen, worden in 2025 vrijgegeven. Ik heb ze mogen inzien. Niet fotograferen. De correspondentie erover werd door het NIOD dan wel geheim gehouden, de familie Van de Pol bracht het zorgvuldig in bewaring bij het Rijksarchief. ‘Dan kan iedereen erbij’, krabbelde de weduwe Van de Pol op het kaft. Zijn eerste vrouw was dochter van Vas Dias en procuratiehouder bij ‘Belinfante & Vas Dias’. Van de Pol werkte er in zijn jonge jaren als journalist. Daar wil je toch een roman over schrijven? Daar wordt je nieuwsgierig van? Ik ging op onderzoek uit en zag in Jan Belinfante de verbindende man. Hij werkte niet bij zijn vader, maar liet zich verleiden secretaris teworden van zijn vaders grootste concurrent Vaz Dias. Hij bedacht de wurgcontracten tussen de drie persbureaus. Ik plaatste mijn fictieve alter-ego, necroloog Van Ebbenhout in de jaren dertig en ging in gesprek met de hoofdpersonen.
Omdat ik de waarheid geen geweld aan wilde doen liet ik het manuscript lezen aan em. prof. dr. Joan Hemels, in 1984 mede-auteur van ‘ANP, vijftig jaar nieuwsvoorziening’. Natuurlijk spannend wat hij ervan vindt. Balancerend tussen feit en fictie vroeg hij mij ‘de wetenschapeen lol te doen’ en er toch ook een tijdlijn onder te plaatsen. Eenverhaal langs achttien krantenberichten.
Huib Veldhuijsen (59) is communicatieadviseur met een warme belangstelling voor cultuurhistorie. Hij publiceerde als tiener zijn eerste berichten over lokale kunstenaars, studeerde fotografie in Den Haag, bleef nieuwsgierig en ontwikkelde zich in politiek en communicatie. ‘Correspondent tussen Goethe en gossip’ is zijn tweede historische roman.
Perduco uitgevers 2024 I ISBN 978 90 90383408 I paperback I 296 pagina’s I geïllustreerd I € 21,- I ook te bestellen via boek@perduco.nl (geen verzendkosten)
Comments